Vrijdag was het prachtig weer en de vooruitzichten voor het weekend minder zonnig. Dat deed ons besluiten om eropuit te gaan en ergens een stukje te gaan wandelen.
We hadden net gezien dat iemand op Facebook een foto had geplaatst van een brug, die weer in gebruik genomen was. Voor ons was dat oud nieuws: hoewel niet vlak voor de deur bij ons, waren we er al een paar keer overheen gereden dit jaar. Die brug ligt naast een natuurgebied annex waterberging, waar we graag even rondscharrelen: de Bovenlanden.
Er loopt een wandel/fietspad doorheen, geen autoverkeer toegestaan. We liepen het pad op en stopten even bij het bruggetje, waar eerder dit jaar een broedende zwaan vlak naast op een nest zat. Niets meer van te zien, het riet was flink gegroeid.
Een eindje verder had zich een ramp voltrokken voor een jonge zwaan: zou die uit dat nest gekomen zijn? Vermoedelijk had een vos zich er aan tegoed gedaan…
We liepen door tot aan het B.L.Tijdenskanaal, waar Marijke terugging naar de auto, en ik besloot "de volle ronde" te lopen.
In de verte zag ik de nieuwe brug liggen. Een eenvoudige brug met één enkele rijstrook.
We hadden in deze omgeving al heel lang gele borden gezien dat de Booneschanskerbrug gestremd was voor autoverkeer, en ons vaak afgevraagd wanneer we daar last van zouden hebben. Het heeft lang geduurd voordat we eens zijn gaan zoeken wat en waar die brug was. Het bleek een oude, klassieke ophaalbrug te zijn, waarvoor de overheid blijkbaar geen geld kon/wou vinden om die te restaureren in de oude staat.
Het is een degelijke constructie, met een beperkte doorvaart hoogte, maar ik heb er nog geen enkel schip zien varen. Nou ja, zo vaak zijn we daar ook niet.
Wel vind ik dat ze de parkeerplaats op een merkwaardige plek hebben gepland.
Bij de brug ga ik linksaf, over de gewone straat. Direct bij de brug is een huis dat vroeger wel een brugwachter gehuisvest zal hebben. Even verderop aan de andere kant van de straat staat tussen de bomen een groot gebouw, dat vroeger wel een agrarische functie gehad zal hebben, maar nu, met kapotte ramen en puin eromheen, de indruk wekt van een spookhuis.
Even verder een herenboerenbehuizing, van betere stand ogenschijnlijk, vanwaar zojuist een luxueuze auto de straat op zoefde.
Daarnaast, voor begrippen van deze omgeving, weer een boerderij, half verscholen tussen bomen en struikgewas. Deze maakt een ontoegankelijker indruk.
En overal om je heen heb je hier de weidse verten, in de herfst ook geen uitzichtbelemmerende hoge gewassen, zoals volgroeide mais, voorzover dat op deze kleigrond al verbouwd zou worden.
Aan de andere kant van de straat, tegen de zon in en in de richting waar ik naartoe moet. kom ik langs een weiland vol vredig grazende schapen, wat ik een mooi beeld vind in contrast met de hoogspanningsleiding, ik denk dat het een verbinding is tussen het Duitse en Nederlandse net.
Ik heb niet de gewoonte om met bomen te praten, maar bomen zoals deze spreken mij aan, zeker in zo'n omgeving als deze.
Na de afslag die me weer naar Marijke zal leiden, kom ik langs een schuur die misschien meer te lijden heeft gehad van de aardbevingen dan van de tand des tijds. Op sommige plekken scheuren, op andere plekken bijelkaar gehouden met balkjes.
De schuur hoort bij een boerderij, die aan de achterkant is ingestort. Het maakt niet de indruk nog als agrarisch bedrijf in gebruik te zijn. Aan de voorkant stond een kleine personenauto en er ligt her en der wat kinderspeelgoed op het terrein.
Dan nader ik het punt waar Marijke op me staat te wachten, en waar we de auto geparkeerd hebben bij aankomst.
Nog even van boven op de dijk een overzichtsfoto van dit rustgevende gebied, waar het 's zomers wemelt van de vogels, maar nu alleen een zwerm meeuwen neerstrijkt die zopas nog op de akkers vergaderden.
We rijden nog een rondje, over de Booneschanskerbrug naar Nieuweschans en vandaar komen we in Oudeschans terecht. "Ik heb wel zin in een soepje," zegt Marijke. We parkeren vlakbij restaurant De Piekenier, waar we wel vaker iets geconsumeerd hebben. De buurman is kerstverlichting aan het ophangen, en als ik langs zijn huis loop zie ik een bord aan de gevel: Schoolmeesterswoning 1882. Dat is het jaar dat mijn oma, later onderwijzeres, geboren is in Oudezijl, gemeente Nieuweschans, hemelsbreed een paar kilometer van hier.
We zien allerlei lekkers op de lunchkaart, en kiezen allebei voor Soto Ajam, een lekkere maaltijdsoep. Dat scheelt straks koken als we weer thuis zijn.
Het is er niet druk, we zijn de enige gasten op dit moment. Dat is 's zomers beter, maar ook de coronaperiode trekt zijn wissel. Ook hier geen diner na 17:00 uur, wel is afhalen mogelijk, maar het dorp is niet zo groot. Wel is het wachten niet onaangenaam in dit sfeervolle etablissement, en we hebben een interessant gesprek met de gastvrouw / eigenares.
Als de kok / eigenaar de borden brengt genieten we al van de geur. Ook met hem zijn we meteen even in gesprek, voordat we beginnen te eten.
Naast Marijke staat in de vensterbank een beeldje, dat me doet denken aan een menshoog beeld, dat door mijn toenmalige werkgever aan Emmen geschonken is, en lang in het centrum heeft gestaan. Het is ooit vernield, daarna heb ik het nog een keer gezien nadat het hersteld was, maar ik weet niet meer waar. *)
Vanaf mijn plek aan tafel had ik volop zicht op de smaakvolle aankleding en de kerstverlichting buiten. Een goede mentale voorbereiding voor het maken van onze kerstkaarten, waarmee ik, zoals gewoonlijk, wat aan de late kant ben.
Na ons is er nog een stel gasten gearriveerd, zodat het restaurant niet voor niets open was. Bij het weggaan wisselen we nog wat interessante weetjes uit met de eigenaars. Zo rijden we wat later weg dan de bedoeling was, en begint het onderweg toch al echt donker te worden. We weten nu zeker dat de kortste dag nadert.
*) Update: Het betreft de sculptuur Onderweg van Guus Hellegers. Er blijken meerdere exemplaren te zijn, ik vond er drie verspreid over Nederland.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten