...en Niklas "logeert" hier ook. (v/h dwarsbongel.web-log.nl en niklas.web-log.nl)

Posts tonen met het label Foto's. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Foto's. Alle posts tonen

23 april 2025

250416 – Mobiel feest

Precies een week geleden was ik jarig. Behalve als het een lustrum is, vieren we dat niet in gezelschap maar met een uitstapje samen. Geïnspireerd door Buienradar trokken we noordwaarts, zoals we vaker doen, nu over de N366. Tot we het bord "Alteveer / Bourtange" zagen, en spontaan besloten om af te slaan, onder het zingen van een gemodificeerde zin uit een kerstlied: "Gij kwaamt van alzo Hoge / van Alteveer".
We gingen in Bourtange lunchen, een van onze favoriete plekken. Ik nam uit nostalgische overwegingen geen koffie, maar chocolademelk – in mijn jonge jaren, als het weer goed was, fietsten we met een groepje vriendjes en neefjes en nichtjes naar Haantjebak in de Emmerdennen, en mijn moeder nam dan een grote kan chocolademelk en een grote pan oliebollen in de fietstassen mee.

Bij de Bovenlanden waren er eindelijk weer eens koolzaadvelden in bloei. Daar moest een verjaardagsfoto gemaakt. Maar gelukkig heeft Marijke ook een selfie gemaakt van ons samen.
Vanaf de Bovenlanden reden we, zoals alweer een tijd mogelijk is, over de vernieuwde Boneschanskerbrug naar Nieuweschans, waarna we langs Oudezijl komen, waar de moeder van mijn moeder geboren is. Ik ben nog steeds nieuwsgierig in welk huis, en of dat er nog is.
Via Drieborg komen we langs de dijkdoorgang tussen de Stadspolder en de Reiderwolderpolder, met het huisje bovenop de dijk waarin materiaal is opgeslagen om bij extreem hoogwater de doorgang af te sluiten.
Zo komen we bij Nieuw Statenzijl, het sluizencomplex waar de Westerwoldse Aa, die de grens met Duitslan vormt, uitmondt in de Dollard. Hier vlakbij heeft Ede Staal een tijd gewoond en daaraan danken we zijn prachtige lied Nij Stoatenziel.
We maken een foto in het (teruggeplaatste) frame en scharrelen wat rond, bekijken de sluisdeuren en kijken over de Dollard in de richting van Emden, maar het is daar heiig. Je kunt hier ook zo Duitsland in fietsen.
Dat je hier aan de grens bent blijkt ook uit de Dijksteen. We lopen naar beneden, dezelfde route als de vistrap – er wordt hier veel onderzoek gedaan naar vismigratie. Beneden is er een smal houten pad naar de Kiekkaaste, vogelkijkhut. Terwijl we bij het begin stonden ging luidruchtig een grote vlucht brandganzen op de vleugels. Marijke maakte een foto terwijl ik dat filmde.
Wat je misschien niet verwacht op de klei in de Carel Coenraadpolder, zo langs de Dollard en de Wadden, zijn bloeiende bollenverden. Wij kwamen er langs op de Dallingweersterweg, net als af en toe een paar prachtig ontluikende abeelen.
De kerk van Termunten is van de Stichting Oude Groninger Kerken. We konden deze keer naar binnen en hebben die kans niet onbenut gelaten. Staande bij de kerk zie je tussen de huisjes, die naast de kerk zo klein lijken, de Dollarddijk.
Het interieur lijkt helder verlicht door de combinatie van witte muren en de hoge ramen. Nu ik de foto′s nog eens bekijk geeft de sfeer me zelfs een associatie met de kerken op Malta, met name de Carmelietenkerk in Valetta, die we bezocht hebben tijdens onze huwelijksreis.
Het orgel is een vervangend exemplaar, het oorsprokelijke is verloren gegaan naar ik meen door oorlogs- en natuurgeweld. De kerk heeft een lange geschiedenis van verkleining.
Marijke bleef in de kerkzaal, ik ging naar de toren, die je blijkens een bord bij de ingang mocht bezichtigen. Ik was onder de indruk van de klok, die je de hele toren door duidelijk maakte dat hij de tijd gestadig wegtikte. Toch hoorde ik zachtjes muziek van beneden, en later vertelde Marijke dat zij op de piano in de kerkzaal gespeeld had. Ik ben niet al te hoog geklommen, ik ben gestopt toen ik bij een trap kwam waar bovenaan tweemaal met grote letters stond: PAS OP!
Op weg naar beneden jeukten mijn handen om eens stevig aan dat touw te gaan hangen, dat uit de top van de toren tot op de eerste verdieping hing, maar het mededogen met de omwonenden, voor wie het een noodsignaal zou kunnen zijn, liet mijn verstand zegevieren.
Weer buiten gekomen, op weg naar de auto, heb ik nog een foto gemaakt van de zijkant van de kerk, waar een rij ronden vensters wordt afgesloten met een gleuf in een soortgelijk rond metselwerk. Elke keer vraag ik me af: wat zou het doel daarvan zijn?
Dan zijn we aan het eind van de middag gekomen en beginnen al een beetje trek te krijgen. Op een dag as deze past een iets uitbundiger maaltijd waar we zelf niet voor aan de slag hoeven. We waren het snel eens over onze eerstvolgende bestemming: Bussemaker in Exloo. Wederzijdse herkenning tussen ons en het personeel, en altijd smakelijk eten.
Een aangename afsluiting van een mooie dag, alvorens de laatste etappe naar huis te voltooien.

04 april 2022

220331 - Even naar Texel

We kregen aangeboden om twee nachten te verblijven in een hotel op Texel. Dinsdag heen, donderdag terug. Lekker even er uit.
Met een mazzeltje kwamen we precies op tijd: dankzij het online gekochte ticket werd ons kenteken herkend en ging exact op de officiële vertrektijd de slagboom voor ons open en kwamen we als laatste aan boord.
Even bijkomen van de reis en dan natuurlijk naar het strand. Dat was toch iets verder dan vooraf ingeschat.
Een eind langs de straat en door het bos met de eerste hellingen.
Dan een slingerend schelpenpad door het duinlandschap.
Een bankje waarvan de leuning gezaagd is uit een boom waar die zich vertakt.

En dan is daar de zee, met zijn eeuwig rollende golven.

Weer terug in het hotel is het etenstijd. In het restaurant worden we verwelkomd met een gezellig vuur. Hoewel? Je kunt rustig je handen in dit "vuur" steken: het is waterdamp dansend in een luchtstroom en in de juiste kleur belicht!
We gingen er eens lekker voor zitten en genoten van een heerlijk diner. Het was niet de afsluiting van deze dag, want op onze kamer hebben we de oefeninterland Nederland-Duitsland gekeken.
De volgende dag was onze enige volle dag. We begonnen met een rondwandeling in De Koog. Marijke poseerde bij een souvenirwinkel met schaapjes, maar kon geen keuze maken.
Het plein met de boom en het kerkje vonden we wel fotogeniek.
Vanaf het moment dat ik kon plaatjeskijken was ik gefascineerd door een boek over reddingsboten, dat bij opa en oma tevoorschijn kwam als ik daar logeerde.
Het volgende doel was de vuurtoren, met het bijbehorende strand. Vanwege wegwerkzaamheden werden we omgeleid.
Geen mooi weer, het was ook niet warm, maar wel spannende luchten!

Rondkijken, Marijke deed het letterlijk. En ik zag een paar schepen aan de horizon.
Als je daar bent, lijkt Vlieland best wel dichtbij, dichterbij dan op de foto.
Vervolgens kwamen we langs de IJzeren Kaap, waar we uitstapten om die bezienswaardigheid van dichtbij te bekijken.
Als je geen smartphone bij je hebt, blijf je toch niet verstoken van duiding!
Onder de Kaap door kon je de Afsluitdijk zien, met de verrekijker ook alle voer- en vaartuigen voor het werk aan de dijk, en de lange rij lichtmasten.

Dat het, ondanks de plots ingevallen kou, voorjaar is, blijkt uit de vele lammeren.
In Den Burg ontdekte ik zelfs een groen schaap terwijl we even door dat dorp liepen!
We besloten deze mooie, maar ook wel vermoeiende dag maar weer met een lekker diner.
En dan komt de terugreis. Ik heb het nog even opgezocht: er kunnen 350 auto's per keer mee aan boord. Het was nog spannend: er was sneeuw voorspeld - zouden we er nog wat van meekrijgen onderweg? Maar we hebben alleen wat regen gehad. De volgende morgen was het wel wit buiten.

04 januari 2022

220104 - Schaatsende broers, en ijzig werk...

Vandaag werd er aandacht besteed aan de Elfstedentocht van 1997, de laatste keer dat die gehouden werd. Ik dacht aan een fotootje van mijn vader met twee van zijn broers. Hij was de oudste van vier, de jongste was er niet bij. Zijn verhalen heeft hij me niet kunnen vertellen, ik moet het doen met foto's en nagelaten correspondentie.
Hun thuisbasis was Hoogkerk, preciezer gezegd Vierverlaten. Mijn vader zal, gezien zijn tenue, met verlof zijn geweest. Hij was in dienst in 1936 en 1937, en van augustus 1939 tot de capitulatie in 1940. Betere datering heb ik niet.
Een foto waarop ze een stuk jonger zijn, laat ze in oplopende volgorde zien: Geert (1922), Aaldert Geert (1920), Johannes (1918), en Klaas (1916), mijn vader.
Zij en hun echtgenoten zijn inmiddels allen overleden.
Op 19 december 1939 stuurt mijn vader vanuit Egmond een ansichtkaart naar Johannes, die dan in Twist (post Oplo) verblijft, met op de achterkant o.a. de tekst: "Gaat het je nog naar de zin? Mij niet. Je zult wel meer kou lijden daar, dan ik hier. Ik wou dat ik m'n schaatsen hier had, vandaag vriest het niet meer."
De plaats Twist vond ik nu niet, die is hernoemd tot Westerbeek.

In december 1941 werkt mijn vader in Hardegarijp, als opzichter bij de aanleg van drie bruggen. Het is dan blijkbaar flink aan het winteren. Hij schrijft aan Johannes, die dan in Veenendaal is: "'t Kan nu wel eens een lange winter worden. Kun jij nog een poosje doorwerken zo? Als je aan 't timmeren bent, kan het gauw. Het treft voor ons heel slecht. Alles was voorelkaar om morgen de brug hier in Hardegarijp te storten en nu gaat het natuurlijk niet door. De timmerlui zijn vanmorgen tijdelijk geschorst en de arbeiders vanavond. Ik ga hier met 1 timmerman nog wat afwerken, ik denk van een paar dagen, als 't weer het toelaat en dan zal 't ook wel gebeurd zijn. Alle hoop is nu op dooi weer. Als 't doorvriest zal ik m'n ontslag wel krijgen aangezien ik vrijgezel ben."

Behalve de hierboven genoemde brug is er van een andere het beton al gestort en is de ploeg van zijn collega nu met de tweede bezig: "Met de middelste put lijkt het niet best. We hebben al 3 keer de put vol zand en water gehad en nu staat het water nog binnen even hoog als buiten. De Hogebrug is gestort en Libbe de Vries zit nu bij de middelste."

Mijn vader denkt tussen het werk door wel aan schaatsen: "Als 't hier winter blijft valt hier wel te schaatsen. De halve wereld staat hier onder water, zo laag is 't hier. Met hoog water is alles blank. Vanmorgen zijn we druk aan 't ijsbreken geweest. Er was een praam met grind onderweg blijven liggen Zaterdag, en de cementpraam lag hier ook nog een end vandaan."
In januari 1942 wordt inderdaad, ondanks de bezetting, de Achtste Elfstedentocht gereden, maar veel deelnemers reden verkeerd vanwege de verduistering.
Er is me niet bekend of er ooit familieleden aan een Elfstedentocht hebben deelgenomen. De schaatsen die mijn vader onderheeft op die foto heb ik nog. Ze komen van een destijds bekende leverancier: J. Noorman uit Den Ham (bij Aduard). Mijn grootste schaatsprestatie op deze schaatsen was een tocht over het Oranjekanaal, van Westenesch naar Orvelte en terug.

14 december 2021

211210 - Booneschans en Oudeschans

Vrijdag was het prachtig weer en de vooruitzichten voor het weekend minder zonnig. Dat deed ons besluiten om eropuit te gaan en ergens een stukje te gaan wandelen.
We hadden net gezien dat iemand op Facebook een foto had geplaatst van een brug, die weer in gebruik genomen was. Voor ons was dat oud nieuws: hoewel niet vlak voor de deur bij ons, waren we er al een paar keer overheen gereden dit jaar. Die brug ligt naast een natuurgebied annex waterberging, waar we graag even rondscharrelen: de Bovenlanden.
Er loopt een wandel/fietspad doorheen, geen autoverkeer toegestaan. We liepen het pad op en stopten even bij het bruggetje, waar eerder dit jaar een broedende zwaan vlak naast op een nest zat. Niets meer van te zien, het riet was flink gegroeid.
Een eindje verder had zich een ramp voltrokken voor een jonge zwaan: zou die uit dat nest gekomen zijn? Vermoedelijk had een vos zich er aan tegoed gedaan…
We liepen door tot aan het B.L.Tijdenskanaal, waar Marijke terugging naar de auto, en ik besloot "de volle ronde" te lopen.
In de verte zag ik de nieuwe brug liggen. Een eenvoudige brug met één enkele rijstrook.
We hadden in deze omgeving al heel lang gele borden gezien dat de Booneschanskerbrug gestremd was voor autoverkeer, en ons vaak afgevraagd wanneer we daar last van zouden hebben. Het heeft lang geduurd voordat we eens zijn gaan zoeken wat en waar die brug was. Het bleek een oude, klassieke ophaalbrug te zijn, waarvoor de overheid blijkbaar geen geld kon/wou vinden om die te restaureren in de oude staat.
Het is een degelijke constructie, met een beperkte doorvaart hoogte, maar ik heb er nog geen enkel schip zien varen. Nou ja, zo vaak zijn we daar ook niet.
Wel vind ik dat ze de parkeerplaats op een merkwaardige plek hebben gepland.
Bij de brug ga ik linksaf, over de gewone straat. Direct bij de brug is een huis dat vroeger wel een brugwachter gehuisvest zal hebben. Even verderop aan de andere kant van de straat staat tussen de bomen een groot gebouw, dat vroeger wel een agrarische functie gehad zal hebben, maar nu, met kapotte ramen en puin eromheen, de indruk wekt van een spookhuis.
Even verder een herenboerenbehuizing, van betere stand ogenschijnlijk, vanwaar zojuist een luxueuze auto de straat op zoefde.
Daarnaast, voor begrippen van deze omgeving, weer een boerderij, half verscholen tussen bomen en struikgewas. Deze maakt een ontoegankelijker indruk.
En overal om je heen heb je hier de weidse verten, in de herfst ook geen uitzichtbelemmerende hoge gewassen, zoals volgroeide mais, voorzover dat op deze kleigrond al verbouwd zou worden.
Aan de andere kant van de straat, tegen de zon in en in de richting waar ik naartoe moet. kom ik langs een weiland vol vredig grazende schapen, wat ik een mooi beeld vind in contrast met de hoogspanningsleiding, ik denk dat het een verbinding is tussen het Duitse en Nederlandse net.
Ik heb niet de gewoonte om met bomen te praten, maar bomen zoals deze spreken mij aan, zeker in zo'n omgeving als deze.
Na de afslag die me weer naar Marijke zal leiden, kom ik langs een schuur die misschien meer te lijden heeft gehad van de aardbevingen dan van de tand des tijds. Op sommige plekken scheuren, op andere plekken bijelkaar gehouden met balkjes.
De schuur hoort bij een boerderij, die aan de achterkant is ingestort. Het maakt niet de indruk nog als agrarisch bedrijf in gebruik te zijn. Aan de voorkant stond een kleine personenauto en er ligt her en der wat kinderspeelgoed op het terrein.
Dan nader ik het punt waar Marijke op me staat te wachten, en waar we de auto geparkeerd hebben bij aankomst.
Nog even van boven op de dijk een overzichtsfoto van dit rustgevende gebied, waar het 's zomers wemelt van de vogels, maar nu alleen een zwerm meeuwen neerstrijkt die zopas nog op de akkers vergaderden.

We rijden nog een rondje, over de Booneschanskerbrug naar Nieuweschans en vandaar komen we in Oudeschans terecht. "Ik heb wel zin in een soepje," zegt Marijke. We parkeren vlakbij restaurant De Piekenier, waar we wel vaker iets geconsumeerd hebben. De buurman is kerstverlichting aan het ophangen, en als ik langs zijn huis loop zie ik een bord aan de gevel: Schoolmeesterswoning 1882. Dat is het jaar dat mijn oma, later onderwijzeres, geboren is in Oudezijl, gemeente Nieuweschans, hemelsbreed een paar kilometer van hier.
We zien allerlei lekkers op de lunchkaart, en kiezen allebei voor Soto Ajam, een lekkere maaltijdsoep. Dat scheelt straks koken als we weer thuis zijn.
Het is er niet druk, we zijn de enige gasten op dit moment. Dat is 's zomers beter, maar ook de coronaperiode trekt zijn wissel. Ook hier geen diner na 17:00 uur, wel is afhalen mogelijk, maar het dorp is niet zo groot. Wel is het wachten niet onaangenaam in dit sfeervolle etablissement, en we hebben een interessant gesprek met de gastvrouw / eigenares.
Als de kok / eigenaar de borden brengt genieten we al van de geur. Ook met hem zijn we meteen even in gesprek, voordat we beginnen te eten.
Naast Marijke staat in de vensterbank een beeldje, dat me doet denken aan een menshoog beeld, dat door mijn toenmalige werkgever aan Emmen geschonken is, en lang in het centrum heeft gestaan. Het is ooit vernield, daarna heb ik het nog een keer gezien nadat het hersteld was, maar ik weet niet meer waar. *)
Vanaf mijn plek aan tafel had ik volop zicht op de smaakvolle aankleding en de kerstverlichting buiten. Een goede mentale voorbereiding voor het maken van onze kerstkaarten, waarmee ik, zoals gewoonlijk, wat aan de late kant ben.
Na ons is er nog een stel gasten gearriveerd, zodat het restaurant niet voor niets open was. Bij het weggaan wisselen we nog wat interessante weetjes uit met de eigenaars. Zo rijden we wat later weg dan de bedoeling was, en begint het onderweg toch al echt donker te worden. We weten nu zeker dat de kortste dag nadert.

*) Update: Het betreft de sculptuur Onderweg van Guus Hellegers. Er blijken meerdere exemplaren te zijn, ik vond er drie verspreid over Nederland.