...en Niklas "logeert" hier ook. (v/h dwarsbongel.web-log.nl en niklas.web-log.nl)

Posts tonen met het label Wereld. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Wereld. Alle posts tonen

02 november 2024

241101 – Struikelstenen en huizen

Voor mijn geboortehuis ligt een Stolperstein. Ik was een foetus toen onze buurman en zijn vrouw door de Duitse bezetter uit hun huis gesleurd werden. Ze waren Joods en gevlucht uit Duitsland. Hij is twee maanden voor mijn geboorte gedeproteerd vanuit Westerbork en twee maanden na mijn geboorte vermoord in Blechhammer. Zijn vrouw is als overlevende teruggekomen, geestelijk gebroken en lichamelijk gehandicapt.
Ik heb deze geschiedenis pas ontdekt toen die Stolperstein was geplaatst. Mijn vader is te vroeg overleden om het te kunnen vertellen. Ik denk dat mijn moeder erg onder de indruk is geweest, me te jong vond en teveel eigen leed meedroeg.
Ik was 73 en las toevallig over het plaatsen van die Stolperstein, toen ik op internet naar iets over mijn geboorteplaats zocht. Toen ik er later eens ging kijken ontmoette ik al even toevallig een plaatselijke historicus, die me er iets over kon vertellen.

We leven nu in een heel andere tijd, waarin het schuurt tussen respect voor het leed dat door de nazi′s is aangericht onder de Joodse bevolking, en wat er momenteel gebeurt in Palestina, dat we vanuit het Christelijke gedachtengoed nog wel eens het Beloofde of Heilige Land noemen, maar nu zien dat de bevolking die daar tot en met de Tweede Wereldoorlog woonde, steeds verder uit het gebied waar ze leefden wordt verdreven nadat de staat Israël daar gevestigd werd.
De oorlog in Gaza versluiert dat de westelijke Jordaanoever ook een oorlogsgebied geworden is, waar kolonisten de Palestijnse bewoners met geweld verdrijven tegen alle internationale verdragen in, en de Israëlische regering dat lijkt te faciliteren.

Welke gruwelijkheden er ook zijn gepleegd door Palestijnse groeperingen, dat kan in een beschaafd land geen vrijbrief zijn om weerloze burgers, inclusief vrouwen, kinderen en bejaarden, voortdurend van de ene veilig genoemde vluchtplaats naar de volgende veilig genoemde vluchtplaats te jagen en ze ook daar weer te beschieten en bombarderen. In tentenkampen, scholen en ziekenhuizen. Ze voedsel, medische zorg en zelfs water te onthouden, omdat er terroristen tussen de vluchtelingen zouden schuilen.
Waarbij zelfs de laatste organisatie van de Verenigde Naties die nog humanitaire hulp biedt verboden wordt verklaard en aangevallen door het Israëlische leger.

Met de Stolperstein voor mijn geboortehuis in gedachten vraag ik me af of er in Gaza en op de Westbank ooit Stolpersteine gelegd zullen worden voor de huizen van de slachtoffers van dit niets ontziende geweld.
Maar dat is tegen beter weten in. Hier staan veel van die huizen nog. Daar staat geen enkel huis meer…

26 augustus 2024

240826 Bij de kapper

Zit ik in de kappersstoel en een volgende klant komt binnen. Die moet wachten tot mijn kuif de juiste vorm heeft. Er zat heel wat op deze keer, omdat we even andere dingen aan ons hoofd hadden die eerst weg moesten. Intussen kwam Marijke binnen, die klaar was met boodschappen doen.
De volgende klant, die Richard bleek te heten, liet zich verbinden met de wifi van de kapper en zat te surfen op zijn telefoon.
Plotseling schoot Richard uit zijn slof. Hij vond dat de hele boel weer eens belazerd was en dat er nergens iets van deugde. Het hele repertoire kwam voorbij: covid, van Dissel, Koopmans, Bill Gates, en die Fauci moesten ze de kop van zijn romp trekken en vierendelen. En de regering had alles fout gedaan, en iedereen die braaf de vaccinaties gehaald had was gek. Om over de oversterfte nog maar te zwijgen, dat gaat maar door en wordt onder de pet gehouden.
We kijken op de kalender en zien toch echt het jaartal 2024 staan. Het zit dus wel erg diep.
Marijke vraagt hem waar die agressie van hem toch allemaal vandaan komt.
Mijn kuif is inmiddels klaar, ik reken af en klop de haarresten van mijn kleding. Omdat ik ook in gesprek geraakt ben met Richard, begint de kapper aan de volgende klant, die intussen binnengekomen is.
Richard doceert: virussen komen niet voor bij dieren, alleen bij mensen. Bij dieren zijn het zoönosen, geen virussen.
En 5G is ook levensgevaarlijk: "De wereld wordt één grote magnetron!", briest Richard, terwijl hij zich met Bluetooth heeft laten inloggen via de 5G telefoon van de kapper.
Richard weet niet of hij zelf een telefoon heeft met 3G, 4G of 5G. Nee, daar heeft hij geen verstand van.
Ik vraag hem of hij weet dat een van die zogenaamde bewijzen dat 5G zo gevaarlijk is, afkomstig is uit een document over de kracht die een straaljagerpiloot ondervindt, waar 5G betekent dat het 5 maal de zwaartekracht is, en dat dus niets met telefonie te maken heeft? Nee, dat weet hij niet, vindt hij ook niet interessant. Maar 5G heeft te maken met frequenties van radiostraling!
En Richard gaat verder over zijn virussen. Of ik "dit" wel had gezien op Telegram. Wat de bron van dat artikel was? Hoezo bron? Daar had hij geen idee van, het stond immers op Telegram, dus dat was voldoende. En dat andere artikel, en de hele reeks andere artikelen op internet, dat was toch allemaal bewijs genoeg?
Discussie? Nee, hij had gelijk en wat ik zei was allemaal onwetendheid.

Ik vroeg wat zijn beroep was en welke opleiding hij daarvoor had genoten. Hij was elektriciën en had een opleiding van drie jaar gehad en zo′n 10 jaar ervaring als elektriciën in de bouw.
Zou iemand met een opleiding tot chefkok zomaar zijn werk kunnen doen? Nee, en daarrbij keek hij me verbaasd aan. Hij kon wel koken, maar niet zoals de kok van een duur restaurant.
Of hij begreep hoe zijn telefoon werkt, want dat is toch ook elektrotechniek? Nee, dat ging hem boven de pet. Om zulke ingewikkelde dingen te leren bedenken moest je naar de Technische Universiteit.
Hoe hij dan meer wist over virussen dan Fauci, van Dissel en Koopmans, die daar drie keer zo lang voor opgeleid zijn dan hij voor zijn beroep, en tientallen jaren ervaring hebben in hun vak?
Hij begon weer onstuitbaar te citeren uit zijn artikelen op Telegram en wat dies meer zij…
Marijke zei: "We moeten weg, anders komen we te laat. Geef elkaar maar een hand en ga mee." Richard keek verbouwereerd van de een naar de ander. Ik stak mijn hand uit en we schudden elkaar de hand en wensten elkaar nog een mooie dag.
"Goed zo jongens, tot ziens! Mooie dag!", zei de kapper.

09 februari 2024

240210 – ZOZ – Jezus Redt

Wie mee wil doen met (of luisteren/kijken/lezen bij andere deelnemers) ZOZ: Zwijmelen op Zaterdag, vindt de links bij Natasja.

Een dezer dagen waren Marijke en ik onderweg. Voor ons reed een auto met daarop een bord zoals op leswagens, maar deze tekst was apart genoeg om een foto van die auto te maken. Marijke reed, dus ik had de handen vrij. Na bewerking plaatste ik de foro op Facebook.
In de reacties plaatste ik de song die Marijke tijdens het maken van de foto spontaan zong, en dat was toch weer een trigger voor een ZOZ:

Robert Long - Jezus Redt


Daar kwam nog een korte discussie uit voort met Harry, een FB-vriend:
Harry: Grijs gedraaid. M'n vader vond het verschrikkelijk.
Ik: Was die kerks?
Harry: Ja. Ik heb het achter me gelaten, maar de opvoeding wel gehad.
Ik: Ik ook. Heb jij dat ook, dat er nog steeds fragmenten van teksten en liederen uit je geheugen oppoppen? Sommige mensen zeggen dan: "Zie je wel dat je er nog steeds mee bezig bent?" Ze snappen de overeenkomst niet met de fysieke littekens die je als kind opgelopen hebt maar nog steeds zichtbaar zijn, maar waar je verder geen last meer van hebt, en je kunt er mooi sterke verhalen over vertellen.
Harry: Ja soms wel, ik heb er geen fysieke littekens aan over gehouden maar wel enige waarden waar ik me best nog wel eens aan vasthoudt. Want er zitten ook wel goede dingen bij.
Ik: Ja, maar er zit wel iets arrogants in, als ze denken dat universele waarden alleen maar met hun geloof samenhangen… 😊
Harry: Dat klopt maar wie die denkbeelden heeft hou ik verre van mij!
Ik: Ach, als je elkaar daarin respecteert kun je best met elkaar leven. Ik heb dominees in mijn familie en kennissenkring waarmee ik een goede verstandhouding heb.

Lees de interessante info over Robert Long op Wikipedia

Robert Long - Jezus Redt

Toen 't christendom op aarde kwam
En ieder mens het recht ontnam
Om zo te leven als hij dacht dat goed was
En heel de aardkorst dik bevlekt met bloed was
Werd het meteen de hoogste tijd dat heidenen na zware strijd
Door legers door de kerk geleid van hun cultuur werden bevrijd
Dat hield men eeuwenlang in stand
Vol liefde werd de rechterhand
Van dieven slaven kinderen en vrouwen
Als zij een misstap deden afgehouwen
Men zorgde voor een schuldcomplex wanneer je rondliep in iets geks
Of je te buiten ging aan sex je stond al snel bekend als heks
Refrein: Jezus redt Jezus redt alle mensen opgelet
Jezus redt Jezus redt enkel door 't gebed

Soms wordt een land vol hongersnood
Bezocht door weer zo'n vrome kloot
Die steeds dezelfde ouwe kool komt stoven
En roept vanuit zijn draagstoel blijft geloven
Die zegenend naar mensen zwaait voor ieder lijk z'n hoofd omdraait
Elk argument van tafel maait en steeds opnieuw de mensen paait
Al jaren gaan er stemmen op voor pil en voor geboortestop
Maar Rome weigert steeds om te beperken
Dat zou de zedeloosheid maar versterken
Elk recht wordt U nog steeds betwist
En sex blijft steeds de antichrist
Hij die door zijn orgaan slechts pist
Heeft steeds voor duizenden beslist
Refrein: Jezus redt Jezus redt alle mensen opgelet
Jezus redt Jezus redt enkel door 't gebed

Maar kijk men is veranderd want rooms-katholiek
En protestant begonnen toch hun greep wat te verliezen
Men moest dus wel een and're koers gaan kiezen
Men was geweldig in zijn sas want wat ontdekte men alras
Toen men nog eens de bijbel las dat jezus ook een hippie was
De wereld kraakt aan alle kant
En grote delen staan in brand
Je zou dus zeggen helpt het onheil weren
Gehuichel moeten wij de rug toekeren
Maar niets daarvan vergeet het maar
't is Boedha hier Jehova daar
Men draaft getuigend door elkaar
En heeft de oplossing al klaar

Refrein: Jezus redt Jezus redt alle mensen opgelet
Jezus redt Jezus redt enkel door 't gebed

Het is maar al te waar helaas
De paus de kerstman sinterklaas
Zij zijn al eeuwenlang de baas
En eeuwenlang al even dwaas

Jezus redt Jezus redt alle mensen uit de nood
Jezus red Jezus red Jezus uit de goot

05 december 2023

231205 - Vallen - WE300

We zagen vanuit de ontbijtzaal van het Slot hoe een meneer een jongetje hielp met zijn fiets, die blijkbaar in het ongerede was geraakt doordat hij was onderuit gegleden in de scherpe bocht aan de andere kant van de houten ophaalbrug.
Dat bracht, in deze dagen van het jaar, de gedachten bij een oude man die vandaag zijn ronde moet doen. De vele kinderen die vol verwachting hun schoen bij de centrale verwarming zetten, met een wortel er in voor het paard dat de oude man met zijn lange baard, hoge muts en lang gewaad over de besneeuwde schuine daken moet vervoeren, zonder dat ze zich zorgen maken hoe die oude man dat, ondanks de hulp van zijn knechten, klaarspeelt zonder dakpannen te vernielen of naar beneden te laten glijden, of zelf van dat be-ijzelde dak te lazeren.
De capriolen die de knechten moeten uithalen om door zo′n rook- of ventilatiekanaal spullen voorzichtig naar beneden te brengen en zonder zelf een tuimeling te maken, spreken mogelijk pas tot de verbeelding van de kinderen als de ouders hen uitleggen hoe die groezelige vegen op de gezichten van die dappere, lenige knechten zijn gekomen.
Of ze volgen misschien het Dieuwertje journaal, dat traditioneel in deze periode op de vaderlandse beeldbuizen gedropt wordt. Wat overigens tegenwoordig geen buizen meer zijn, maar een soort rechthoekige schotels, alsof het beeldbuizen zijn die bij een onbedoelde verticale verplaatsing door de zwaartekracht geplet zijn.
Tja, als soepele jongetjes op fietsen al niet overeind blijven bij de eerste ijzel en sneeuw, dan benijd ik de taak van die oude man met zijn hoge tovenaarshoed en zijn knechten niet. De knechten vertonen vaak hoe lenig ze zijn, maar ook acrobaten blesseren zich. En de botten van zo′n oude man, gehinderd in zijn bewegingen door tabberd en staf, zijn breekbaar.

Kijk voor meer WE300 schrijfuitdagingen bij PlatoOnline

20 januari 2023

230120 – De universele uitleg die ons uit de droom helpt

Ik kon niet slapen vannacht, ging naar beneden en nestelde me op de bank met een beker warme melk met honing, plaid over m'n benen.
Een lichte windvlaag, en er begon iemand naast me zacht en melodieus te praten.
"Schrik niet, ik ben de engel Joppie."
Gek genoeg, ik was helemaal niet geschrokken: "Och, ik was denk ik te ver weg met mijn gedachten om te schrikken. Joppie, die naam heb ik nog nooit gehoord voor een engel!"
"Dat klopt, ik ben geen gewone engel, maar een aardsengel. Met een D, want het is mijn roeping om me met aardse zaken, en dus vooral met mensen bezig te houden. Zoals nu met jou. Waar waren die verre gedachten van jou?"
"Er is zó veel wat onrust veroorzaakt onder de mensen, omdat ze het niet begrijpen. Ik ook niet. Zoals: als alles begon met de oerknal, wat was er dan vóór de oerknal?
En het leven op aarde, de evolutie, hoe is daaruit nou uitgerekend de mens voortgekomen, met al z'n kwetsbaarheid voor virussen? En waarom muteren virussen steeds tot nieuwe vormen?
Zal de mensheid ooit contact krijgen met andere beschavingen in het heelal? En helpt dat bij de problemen waar we nu in verzeild zijn geraakt?"
"O," zei Joppie, "dat is wel meteen een heel pakket vragen, maar de antwoorden sluiten wel op elkaar aan.
Alle leven op deze aarde is ontstaan uit oercellen, en die zijn steeds op allerlei manieren en tot allerlei vormen gemuteerd. Zo zal er altijd competitie blijven tussen verschillende levensvormen, en zelfs binnen elke soort.
Dat wordt ook wel genoemd: de Wet op Behoud van Ellende.
Die oercellen zijn, samen met de eerste virussen, achtergebleven na een bezoek van een andere beschaving. Die andere beschaving was hun planeet net zo aan het verklooien als de mensheid nu met de aarde doet, alleen waren zij nog een paar stappen verder.
Dat bezoek van die andere beschaving vond plaats vóór de oerknal, en die beschaving bestaat niet meer. Want de oerknal was eigenlijk niets anders dan wat nu een wormgat genoemd wordt (of door politici een geitenpaadje) van de ene dimensie naar een andere via een zwart gat, waarin bijna alles vernietigd wordt."
"Nou, dat klinkt allemaal wel logisch, al blijft het knap ingewikkeld. Maar ik blijf toch nieuwsgierig hoe jij aan je naam komt."
"Tja, ik kreeg die naam omdat mijn moederengel uit Glanerbrug kwam. Wat dat met elkaar te maken heeft? Is dat niet een mooie opgave om je gedachten af te leiden van al die moeilijke vraagstukken?
Nou, ik moet weer gaan, er zijn veel tobbers vannacht!"
En weg was de engel Joppie...

27 april 2022

220427 - Een nieuw begin / Flashback

Er was een wedstrijd: het schrijven van een UKV, een UltraKortVerhaal. Thema: "Nieuw begin", exclusief de titel maximaal 99 woorden. Mijn inzending was 87 woorden, inclusief de titel. De uitslag is bekendgemaakt, ik viel niet in de prijzen, dus ik mag het nu zelf publiceren.

Flashback

De ene man had de top bereikt door decennialange intriges.
De andere door een ontevreden volk te bespelen, maar was tot zijn frustratie nu weggestemd. Voorlopig hield hij zijn positie, inclusief de "rode knop", waarmee hij de wereld kon verwoesten.
Vanwege hun gedrag verdacht menigeen beide mannen van persoonlijkheidsstoornissen.
De eerste man dreigde zijn tegenstanders te vernietigen na een mislukte gebiedsuitbreiding.
Bij beide mannen groeide de woede om hun gezichtsverlies. Vrijwel gelijktijdig reikten ze naar hun eigen rode knop, en gromden: "Dan maar opnieuw een oerknal!"
©Gauke Zijlstra, april 2022

14 december 2021

211210 - Booneschans en Oudeschans

Vrijdag was het prachtig weer en de vooruitzichten voor het weekend minder zonnig. Dat deed ons besluiten om eropuit te gaan en ergens een stukje te gaan wandelen.
We hadden net gezien dat iemand op Facebook een foto had geplaatst van een brug, die weer in gebruik genomen was. Voor ons was dat oud nieuws: hoewel niet vlak voor de deur bij ons, waren we er al een paar keer overheen gereden dit jaar. Die brug ligt naast een natuurgebied annex waterberging, waar we graag even rondscharrelen: de Bovenlanden.
Er loopt een wandel/fietspad doorheen, geen autoverkeer toegestaan. We liepen het pad op en stopten even bij het bruggetje, waar eerder dit jaar een broedende zwaan vlak naast op een nest zat. Niets meer van te zien, het riet was flink gegroeid.
Een eindje verder had zich een ramp voltrokken voor een jonge zwaan: zou die uit dat nest gekomen zijn? Vermoedelijk had een vos zich er aan tegoed gedaan…
We liepen door tot aan het B.L.Tijdenskanaal, waar Marijke terugging naar de auto, en ik besloot "de volle ronde" te lopen.
In de verte zag ik de nieuwe brug liggen. Een eenvoudige brug met één enkele rijstrook.
We hadden in deze omgeving al heel lang gele borden gezien dat de Booneschanskerbrug gestremd was voor autoverkeer, en ons vaak afgevraagd wanneer we daar last van zouden hebben. Het heeft lang geduurd voordat we eens zijn gaan zoeken wat en waar die brug was. Het bleek een oude, klassieke ophaalbrug te zijn, waarvoor de overheid blijkbaar geen geld kon/wou vinden om die te restaureren in de oude staat.
Het is een degelijke constructie, met een beperkte doorvaart hoogte, maar ik heb er nog geen enkel schip zien varen. Nou ja, zo vaak zijn we daar ook niet.
Wel vind ik dat ze de parkeerplaats op een merkwaardige plek hebben gepland.
Bij de brug ga ik linksaf, over de gewone straat. Direct bij de brug is een huis dat vroeger wel een brugwachter gehuisvest zal hebben. Even verderop aan de andere kant van de straat staat tussen de bomen een groot gebouw, dat vroeger wel een agrarische functie gehad zal hebben, maar nu, met kapotte ramen en puin eromheen, de indruk wekt van een spookhuis.
Even verder een herenboerenbehuizing, van betere stand ogenschijnlijk, vanwaar zojuist een luxueuze auto de straat op zoefde.
Daarnaast, voor begrippen van deze omgeving, weer een boerderij, half verscholen tussen bomen en struikgewas. Deze maakt een ontoegankelijker indruk.
En overal om je heen heb je hier de weidse verten, in de herfst ook geen uitzichtbelemmerende hoge gewassen, zoals volgroeide mais, voorzover dat op deze kleigrond al verbouwd zou worden.
Aan de andere kant van de straat, tegen de zon in en in de richting waar ik naartoe moet. kom ik langs een weiland vol vredig grazende schapen, wat ik een mooi beeld vind in contrast met de hoogspanningsleiding, ik denk dat het een verbinding is tussen het Duitse en Nederlandse net.
Ik heb niet de gewoonte om met bomen te praten, maar bomen zoals deze spreken mij aan, zeker in zo'n omgeving als deze.
Na de afslag die me weer naar Marijke zal leiden, kom ik langs een schuur die misschien meer te lijden heeft gehad van de aardbevingen dan van de tand des tijds. Op sommige plekken scheuren, op andere plekken bijelkaar gehouden met balkjes.
De schuur hoort bij een boerderij, die aan de achterkant is ingestort. Het maakt niet de indruk nog als agrarisch bedrijf in gebruik te zijn. Aan de voorkant stond een kleine personenauto en er ligt her en der wat kinderspeelgoed op het terrein.
Dan nader ik het punt waar Marijke op me staat te wachten, en waar we de auto geparkeerd hebben bij aankomst.
Nog even van boven op de dijk een overzichtsfoto van dit rustgevende gebied, waar het 's zomers wemelt van de vogels, maar nu alleen een zwerm meeuwen neerstrijkt die zopas nog op de akkers vergaderden.

We rijden nog een rondje, over de Booneschanskerbrug naar Nieuweschans en vandaar komen we in Oudeschans terecht. "Ik heb wel zin in een soepje," zegt Marijke. We parkeren vlakbij restaurant De Piekenier, waar we wel vaker iets geconsumeerd hebben. De buurman is kerstverlichting aan het ophangen, en als ik langs zijn huis loop zie ik een bord aan de gevel: Schoolmeesterswoning 1882. Dat is het jaar dat mijn oma, later onderwijzeres, geboren is in Oudezijl, gemeente Nieuweschans, hemelsbreed een paar kilometer van hier.
We zien allerlei lekkers op de lunchkaart, en kiezen allebei voor Soto Ajam, een lekkere maaltijdsoep. Dat scheelt straks koken als we weer thuis zijn.
Het is er niet druk, we zijn de enige gasten op dit moment. Dat is 's zomers beter, maar ook de coronaperiode trekt zijn wissel. Ook hier geen diner na 17:00 uur, wel is afhalen mogelijk, maar het dorp is niet zo groot. Wel is het wachten niet onaangenaam in dit sfeervolle etablissement, en we hebben een interessant gesprek met de gastvrouw / eigenares.
Als de kok / eigenaar de borden brengt genieten we al van de geur. Ook met hem zijn we meteen even in gesprek, voordat we beginnen te eten.
Naast Marijke staat in de vensterbank een beeldje, dat me doet denken aan een menshoog beeld, dat door mijn toenmalige werkgever aan Emmen geschonken is, en lang in het centrum heeft gestaan. Het is ooit vernield, daarna heb ik het nog een keer gezien nadat het hersteld was, maar ik weet niet meer waar. *)
Vanaf mijn plek aan tafel had ik volop zicht op de smaakvolle aankleding en de kerstverlichting buiten. Een goede mentale voorbereiding voor het maken van onze kerstkaarten, waarmee ik, zoals gewoonlijk, wat aan de late kant ben.
Na ons is er nog een stel gasten gearriveerd, zodat het restaurant niet voor niets open was. Bij het weggaan wisselen we nog wat interessante weetjes uit met de eigenaars. Zo rijden we wat later weg dan de bedoeling was, en begint het onderweg toch al echt donker te worden. We weten nu zeker dat de kortste dag nadert.

*) Update: Het betreft de sculptuur Onderweg van Guus Hellegers. Er blijken meerdere exemplaren te zijn, ik vond er drie verspreid over Nederland.

15 juni 2020

200615 - Van chaos en hoe achteraf alles zo simpel is

De pandemie, veroorzaakt door het coronavirus SARS-CoV-2, lijkt in bepaalde streken in de wereld ingedamd, op andere andere plekken lijkt het einde nog ver weg.
Op plekken waar de uitbraak flink gereduceerd is, denkt menigeen dat er niets meer aan de hand is, en dat de maatregelen zo snel mogelijk helemaal weg moeten.
Daarbij komt er steeds meer kritiek op de, ook in eerste instantie, genomen maatregelen om de pandemie te beteugelen, doch die, op z'n minst, erger hebben voorkomen. Het was een overval door een onbekende vijand met veel vernietigingskracht, waaraan acuut weerwerk moest worden geboden. Zoiets schept een chaotische situatie.

Deel van Sketch of the Cynefin framework,
Edwin Stoop, Sketching Maniacs uit Wikipedia

Die kritiek gaat vaak uit van simplificaties, in de orde van: "er vallen nu bijna geen doden meer, dus het virus is verdwenen, allemaal wel erg overdreven gedoe geweest dus."
Bij die simplificaties dacht ik aan de Volkskrant-column van 4 april van Jasper van Kuijk, met een uitleg over het nemen van beslissingen in verschillende situaties, van simpel, via gecompliceerd en complex, tot chaotisch.
Hij begint begint als volgt: "In de coronacrisis zijn alle voorspellingen boterzacht, is niets zo veranderlijk als ‘de feiten’ en spreken experts elkaar tegen. Een gekmakende onzekerheid. Merkwaardig genoeg gaf het me wat rust toen ik me realiseerde hoe deze onzekerheid nu eenmaal hoort bij complexe systemen, zoals gedefinieerd in het Cynefin-raamwerk. Dit raamwerk helpt bestuurders om beslissingen te nemen en maakt onderscheid tussen simpele, gecompliceerde, complexe en chaotische situaties.
Simpele systemen zijn stabiel, eenvoudig en er zijn duidelijke oorzaak-gevolgrelaties, die voor iedereen te doorgronden zijn. Zoals een schaar. In gecompliceerde systemen zijn er ook oorzaak-gevolgrelaties, maar om die te snappen heb je experts nodig. Denk bijvoorbeeld aan de motor van je auto."


Afbeeldingen uit de Volkskrant column van Jasper van Kuijk

Er zou van alles fout zijn gegaan, wat inherent is aan complexe en chaotische situaties, vooral op logistiek en communicatief gebied schat ik.
Achteraf beschouwd zou het kunnen dat minder drastische maatregelen voldoende zouden zijn geweest, maar daar staat tegenover dat de wetenschap ook nu nog steeds onvoldoende weet over de eigenschappen van het virus, zoals de bron en de overdracht, en er nog geen afdoende remedie is om het virus effectief onschadelijk te maken: een gewapende moordenaar die in een hoek gedreven is, is nog steeds een gewapende moordenaar. En dat blijft hij tot hij ontwapend en onschadelijk gemaakt is.

Uiteraard begrijp ik dat deze crisis verstrekkende gevolgen heeft voor de economie, en voor de "gewone zorg".
De andere kant is, dat de gevolgen van eerdere grote pandemieën blijkbaar vergeten zijn, of worden gebagatelliseerd als onvergelijkbaar vanwege de toegenomen wetenschappelijke kennis. Weliswaar groeit onze kennis waarschijnlijk sneller dan destijds, doch ook nu hebben we voorlopig te maken met een gemaskerde, onberekenbare vijand.
Als het ongevaarlijk was zou je kunnen lachen om al die zelfuitgevonden nieuwe deskundigen, die vanuit een heel andere stiel ineens viroloog, epidemioloog en microbioloog zijn geworden, en menen te moeten oordelen over de genomen en nog te nemen maatregelen.
Ik heb de indruk dat er als regel in dat oordeel veel variabelen zijn weggelaten uit gebrek aan specifieke kennis, en dat er veel opportunisme en eigenbelang in verwerkt zit.

En wie de term "dor hout" heeft geopperd, bestempel ik bij dezen als "rottend fruit", dat het begrip solidariteit alleen in eigen voordeel uitlegt.
In een discussie schermde iemand voortdurend met het argument "dat er nog maar een heel kleine kans is op besmetting", en dat dus "alles open moet". Ik gaf een voorbeeld - in een pak suiker van 1 kg zitten ca. 1 miljoen korrels. Stel dat je weet dat er één dodelijke korrel in zit, durf jij dan een schep van die suiker in je eten of drinken te doen? Kansberekening als dilemma, maar ik wacht nog steeds op een antwoord.

Ik kende de theorie van het Cynefin-raamwerk niet, maar het sprak me onmiddellijk aan. Het gaf me associaties met situaties uit mijn werk als elektronica- en software-ontwerper. Je krijgt een aantal wilde ideeën op je bordje, waarvan de opdrachtgever hooggespannen verwachtingen heeft. Daar moet je dan als ontwerper een goed functionerend, complex systeem van maken met allerlei samenwerkende apparaten vol software.
Trek die lijn maar even door naar IT-projecten. Als dat bij de overheid is, worden de mislukkingen te zijner tijd breed uitgemeten, bedrijven zullen er minder mee te koop lopen.

Zie ook: A Leader’s Framework for Decision Making door David J. Snowden (de bedenker van het Cynefin-framework) en Mary E. Boone, Harvard Business Review, November 2007.

03 mei 2020

75 Jaar Vrijheid: Familieportret, na "de oorlog"

Het is een beschadigde foto, ooit gescand en voorzien van het opschrift: December 1906 / 1946
Twee oudere mensen, de ouders van mijn moeder, 40 jaar getrouwd. Omringd door 15 volwassenen en 12 kinderen. De foto is gemaakt in Emmen, in het huis van mijn grootouders.


Ik zit in kleermakerszit vooraan in het midden, 3½ jaar jong. Anderhalf jaar na die foto gingen mijn moeder en ik daar bij opa en oma inwonen.
Van 2 volwassenen is er later een pasfoto bijgeplakt, in de lijst van wat de spiegel moet zijn geweest, die hing traditiegetrouw boven de schoorsteenmantel.
De bijgeplakte volwassene links is mijn vader, rechts oom Bertus, broer van mijn moeder.

Begin januari 2020 is de laatste van de volwassenen op de foto overleden: voor mij de laatste van de vorige generatie van mijn moeders kant. Van mijn vaders kant was dat al eerder. Op de foto staan 12 kleinkinderen, later kwamen er nog 29 bij, waarvan 8 er niet meer zijn.
De vragen aan de vorige generatie, die we nog niet konden formuleren bij gebrek aan de juiste aanknopingspunten, kunnen we ze nooit meer stellen. Vragen die zich opdringen door combinaties van flinters informatie die ons alsnog toevallen uit onverwachte hoeken
Vragen die voor altijd onbeantwoord zullen blijven, tenzij we antwoorden kunnen afleiden uit hun later ontdekte, opgeschreven herinneringen. Bewaarde brieven uit een nalatenschap: als er familieleden overleden kwam er nog wel eens iets tevoorschijn, waarvan we als neven en nichten af en toe iets uitwisselen.

Mijn vader, is in 1944 overleden door ziekte, niet door oorlogsgeweld, bijna 28 jaar. Wel was hij bij het begin van de Tweede Wereldoorlog gemobiliseerd. Hij was bij de Genietroepen, stond met een zoeklichtafdeling bij het vliegveld Bergen (NH). Dat vliegveld was het eerste doel dat door Duitse vliegtuigen werden geruïneerd. Mijn vader werd met zijn afdeling verplaatst en een paar dagen later heelhuids gedemobiliseerd.
Een deel van zijn wedervaren uit zijn mobilisatietijd heb ik kunnen afleiden uit nagelaten correspondentie, uit de oorlogstijd daarna is er vrijwel niets. Alleen uit 1941, over het werk aan een brug bij Leeuwarden vond ik iets.

Over "de oorlog" heb ik in mijn familie nauwelijks horen praten. Dat zal zijn omdat ik te jong geacht werd om daarmee geconfronteerd te worden, totdat ik als beginnende puber in een andere situatie terechtkwam door het weer trouwen van mijn moeder.

Dat het station van Hoogkerk, dicht bij het ouderlijk huis van mijn vader door geallieerde vliegtuigen is beschoten, is geloof ik één keer genoemd. De jongste broer van mijn vader zat thuis ondergedoken in een geheime ruimte onder het schuine dak, om niet tewerkgesteld te worden in Duitsland. Er was een kogel door het dak gegaan, dicht bij hem langs. Ik vond online melding van twee beschietingen op 3 februari 1945.
Mijn moeder vertelde ooit, dat er Duitse soldaten bij ons ingekwartierd waren, en er iets lachwekkends gebeurde. Ze is toen, snikkend van het lachen, met de handen voor haar gezicht, weggelopen, en een soldaat had gezegd: "Ach, sie weint!"

Het is dan wel een bizarre gewaarwording als je na je zeventigste ontdekt dat er een Stolperstein is geplaatst voor je geboortehuis, en ontdekt dat je ouders een gesplitst huis gedeeld hebben met een uit Duitsland gevlucht Joods echtpaar.
Ronduit aangrijpend is het als je later ter plaatse hoort, dat die Joodse mensen in een novembernacht, op sjabat avond, uit hun huis zijn gehaald. Een man die het gelaten ondergaat, terwijl zijn vrouw huilend en gillend wordt weggesleept.
En dat je later terugrekent dat je moeder dan halverwege is met haar zwangerschap van jou, en dat je daar nooit iets van geweten hebt.
De vrouw heeft als enige uit de gemeente de oorlog overleefd, geestelijk en lichamelijk ernstig beschadigd. De man, Hermann Stein, is vermoord in Blechhammer, anderhalve maand na mijn geboorte.

Maar waarom koos mijn moeder voor Schiermonnikoog, toen ik als "bleekneusje" naar een vakantiekolonie werd gestuurd om aan te sterken? Is er een link met de bunkers, die daar voor de Duitsers gebouwd zijn door het bedrijf waarvoor mijn vader gewerkt heeft, zoals ik ontdekte toen ik het niet meer vragen kon?
Met mijn onderzoek ben ik zó ver gekomen, dat ik weet dat hij niet voorkomt in het register van de "bijzondere rechtspleging". Hebben de eigenaars van dat bedrijf mensen daar laten werken, zodat ze niet naar Duitsland gestuurd werden om daar te werken?

Uit de familie van mijn moeder heb ik geen oorlogsherinneringen horen vertellen.
Opa en oma waren beiden onderwijzers uit Friesland en Groningen. Ze hebben daarna allebei een baan gevonden in Zuid-Holland, maar kwamen terug naar het noorden, naar Drenthe, toen opa daar een baan kon krijgen als eerste hoofd van de nieuwe School met den Bijbel in Nieuw-Amsterdam, en trouwden toen.
In 1940 werd opa gepensioneerd. Op drie na waren alle kinderen toen al uitgevlogen.

Ook over oom Bertus, broer van mijn moeder, ben ik iets te weten gekomen uit oude brieven: hij werkte in Stadskanaal, had daar zijn verloofde. Uit die brieven werd ik ook iets gewaar over andere familieleden in oorlogstijd.

Oom Bertus schreef op 9 februari 1945 een brief aan mijn moeder, en aan mij als 2-jarige. De enige post die ik tot dan toe had ontvangen was een kaart van mijn vader vanuit het ziekenhuis, voor mijn eerste verjaardag. Dat was een maand voordat hij overleed.

Oom Bertus feliciteerde mijn moeder alsnog met haar verjaardag, want "de Landwacht van Stadskanaal heeft mij te pakken gehad en geslagen en geschopt. Filip hebben ze voor de 2de maal opgehaald. Hij is nu overgebracht naar Groningen."
Er bleek in Stadskanaal een verrader bij de politie te zitten.
De gevangenschap van oom Flip, zwager van oom Bertus en mijn moeder, zag ik bevestigd in een online verslag: "Bewoner van cel 24 in het Huis van Bewaring aan de Hereweg te Groningen.: Als medegevangenen gehad: Filippus Minnema, kruidenier te Stadskanaal (17 dagen)", daarna werden meer namen genoemd.

Oom Bertus vervolgde zijn brief met het verslag van zijn vlucht na deze mishandeling: "Donderdag 24 Jan. hebben ze mij te pakken gehad. 's Nachts ben ik vertrokken. Zondagmiddag ben ik pas bij Vader en Moeder aangekomen. Ik heb de reis in 3x gedaan omdat ik het met die sneeuwstormen niet in één keer kon doen. Eerst naar Musselkanaal, vandaar naar Ter Apel en Zondagmiddag om 2 uur uit Ter Apel naar Emmen waar ik om 7.15 uur aangekomen ben. 'k Heb 4 uur geloopen door 30 cm. hooge sneeuw met de fiets aan de hand. Toen ik thuis kwam was ik dood op. Ik kon daar echter niet langer blijven als één nacht."

Op 7 mei 1945 schreef oom Bertus vanuit Weiteveen aan zijn broer Siep, in al bevrijd Zuid-Holland, dat het met de familie in het noorden goed gaat, "behalve met de schrijver zelf". Vanaf begin februari tot begin mei ging het dus niet goed met hem.
En verder: "Vader en Moeder wonen weer op hun eigen plekje en hebben negen dagen een Pool in de kost gehad. Een beste man."
In het boek "Emmen in bezettingstijd" van Dr. G. Groenhuis vond ik de bevestiging dat onder andere hun huis in november 1944 werd gevorderd door de bezetter. Ze moesten met achterlating van bijna alles binnen 6 uur hun huis verlaten hebben.
Er werden teruggeslagen Wehrmachtsoldaten in ondergebracht. Ik kan me niet herinneren dat ik daar later ooit over heb horen praten.

Ik weet nu ook, dat oom Siep tijdens de oorlog op het Gemeentehuis van Berkel en Rodenrijs, "slordig omging" met het bevolkingsregister. Overledenen werden bijvoorbeeld niet altijd zorgvuldig geregistreerd, waardoor er vervalste papieren uitgegeven konden worden. Zijn toen nog aanstaande echtgenote, tante Riet, werkte op een distributiekantoor, en zag kans voedselbonnen te regelen voor het verzet en onderduikers. In 2015, bij de herdenking van 70 jaar bevrijding, werd er in een plaatselijke krant aandacht aan besteed.

Door brieven die andere familieleden hadden bewaard, weet ik nu, dat oom Bertus is verpleegd in het Zusterhuis in Weiteveen, het "Huis van O.L.V. van Vrede". Daar schijnt onder leiding van "Zuster Engel" een mengeling van patiënten verzorgd te zijn: onderduikers en NSB'ers lagen naast elkaar.
Toen ik vriendinnen hielp met hun boek "Engel in het Hoogveen", had ik die brieven nog niet gezien; een onverwachte connectie.
Ik dacht wel eens gehoord te hebben dat oom Bertus' doodsoorzaak TBC was, "opgelopen met zijn laatste vrachtje onderduikers", maar geen bevestiging gevonden.
Kan het juiste verhaal zijn, dat hij in het zusterhuis besmet is geraakt? Hij was verzwakt door de mishandelingen, er waren onderduikers, en er was daar TBC.

In brieven aan Siep meldt Bertus, dat hij daar nog wel eens bezoek krijgt van de broer en zus die nog thuis wonen, en dan bijvoorbeeld eieren, melk en vlees voor hem meenemen dat ze hebben opgescharreld, om aan te sterken.
Hij schrijft aan Siep op 7 mei 1945: "De landwacht heeft mij een poosje voor de bevrijding nog even te pakken gehad. Daarom lig ik nu in het zusterhuis in Amsterdamscheveld. 'k Vind het wel jammer dat ik nu werkeloos moet toezien dat de landverraders worden opgepakt. 'k Had zelf ook graag een paar op willen halen. Ik zou nu vast met de auto gereden hebben als dit er niet tusschen gekomen was."


Hij schrijft, dat zijn verloofde alweer fietst en geheel genezen is: was zij ook mishandeld, of gaat het om TBC? Ik vond uiteindelijk haar gegevens via een incompleet spoor. Ik kan het haar niet meer vragen, ze is in 2008 overleden op 93-jarige leeftijd, in Brabant.

Wanneer oom Bertus terug naar het ouderlijk huis is gegaan weet ik niet, hij overleed er op 3 augustus 1945. Onlangs heb ik de letters op zijn grafsteen opnieuw ingeverfd.
Ik heb me wel eens afgevraagd wie af en toe een eenvoudig sierstukje op dat graf plaatste. Het zou zijn vroegere verloofde geweest kunnen zijn, want ik ontdekte dat familie van haar op hetzelfde kerkhof is begraven, heeft dus vrijwel zeker hier gewoond. Reden om vanuit Brabant naar hier te reizen.

Tante Mien, de destijds nog thuiswonende zus, schreef later enkele herinneringen op. Ze vertelt hoe ze met haar jongere broer Klaas en haar ouders in 1944 in Emmen woonde. Klaas was in semi-overheidsdienst, en hoefde daarom niet in Duitsland werken.

Haar jongste zus, Lies, was ontslagen op het Gemeentehuis, omdat ze weigerde thee te schenken voor de nieuwe NSB-burgemeester. Daarbij werd gedreigd met tewerkstelling in een meisjeskamp, en ze was daarom ondergedoken.

De volgende dreiging kwam ook vanuit het gemeentehuis: jonge mannen werden opgeroepen om te werken voor Organisation Todt, de Duitse bouwmaatschappij.
Tante Mien vertelde hoe een gemeente-ambtenaar aan de deur kwam met een oproep voor K.C. Eldering, om zich met een schop te melden voor graafwerk.
Ze realiseerde zich meteen, dat haar broer exact dezelfde naam droeg als haar vader. Zo onnozel mogelijk had ze de ambtenaar gevraagd: "Moet mijn oude vader van 64 dan nog dat zware werk gaan doen? Dat kan toch niet? Hij is van 1880!" Waarop de ambtenaar nog eens verbluft op zijn papieren gekeken had, en gezegd: "Dan moet er een abuis in het spel zijn…", en was weer vertrokken.
En zo hoefde de enige broer die nog thuis was, niet óók nog onderduiken; aldus het verhaal van tante Mien.

Tante Riet, de laatste van de vorige generatie, is op 2 januari 2020 overleden, 96 jaren oud en tot twee weken voor haar dood nog volop aan het fitnessen.
Ze werd beschouwd als een levend familie-archief. Ik heb opgezocht, dat opa en oma 11 kinderen hebben gekregen, waarvan de jongste levenloos geboren. Twee van de overige zijn kinderloos gebleven, een daarvan is oom Bertus. Ze hebben 42 kleinkinderen gekregen, die er nu ook niet allemaal meer zijn.

De leeftijden van deze ooms en tantes in 1940, bij het begin van de oorlog? Flip 33, Mien 26, Bertus 24, Siep 22, Klaas 21, Lies 19, Riet 16.
Een heel leven voor zich, waarvan vijf jaar in oorlog.

Hun geheugen is niet meer te raadplegen, maar wat we nog hebben kunnen we doorgeven. Met name de vrijheid, waar zij naar gesmacht hebben, en op hun manier elk hun steentje bijgedragen.
Nu is het aan ons en onze kinderen.

Bronnen:

18 april 2020

200416 - Van een verjaardag in een gekke tijd

Zeven maal elf. Zeven is het bijbelse getal der volledigheid, zegt men. Elf is het gekkengetal, zegt men. En dat getal elf is via carnaval dan weer verbonden met het christendom. Even een college gespeldificeerd hoger getalfetisjisme.

Vanwege de coronacrisis mogen, van de regering, verjaardagen momenteel niet op traditionele wijze worden gevierd, met grote visites enzo. Nou hebben wij al sinds jaar en dag de gewoonte om dat alleen te doen als het aantal bereikte jaren op 0 of 5 eindigt, en dat was nu niet het geval.

Zoals we anders ook doen, trokken we er met ons tweeën op uit, en bleven toch eigenlijk vrijwel de hele tijd in huis: ons vertrouwde huisje op wielen.
De jarige mag zeggen waar we heen gaan, maar de jarige wist dit keer geen beter plan dan richting Bonnefooi, en de eerste beslissing was: een noordelijke richting, maar nu een keer niet de Laudermarke en niet Bourtange.

Af en toe haalden we een frisse neus op een plek waar het overtreden van die anderhalvemeter-regel moeilijker was dan het handhaven.
Onder "buiten de deur eten" verstaat men gewoonlijk: binnen eten achter andermans deur, tenzij het zodanig fraai weer is dat er achter andermans omheining wordt gegeten, op een terras ofzo.
Wij hebben deze keer echt buiten de deur gegeten: Marijke had als verjaarscadeau allerlei lekkere dingen voorbereid en meegenomen, en daarvan genoten we op momenten en plaatsen die op, of liever gezegd: langs onze weg kwamen.

Zoals onze eerste stop voor koffie met gebak. We waren op zoek naar een plek, en ineens had Marijke een picknickbank gezien die ik niet gezien had. We konden keren over een parallelweggetje en waren even bermtoeristen. Wel langs een rustige weg in een omgeving die ons wel aanstond.


Door Bellingwolde, waar we inmiddels aardig wat herkenningspunten hebben, komen we bij een kruispunt met borden die dreigend aangeven dat er een brug is afgesloten, behalve voor fietsers. Inmiddels weten we dat die weg op zich wel gewoon bruikbaar is. We komen dan bij een plek in een weids landschap, waar ik ooit een foto had gemaakt. Die plek kon ik daarna niet terugvinden op Maps, en in werkelijkheid ook niet. Tot ik een keer die borden negeerde. Dat deden we nu weer en bij de inmiddels bekende plek werden we verrast met een wondermooi kleurvlak: een enorm koolzaadveld!

Om te beginnen maak ik een selfie terwijl Marijke het koolzaad filmt. De wind overstemt het gezoem van de bijen, die in groten getale hierheen zijn gebracht, gezien het aantal kasten in en langs het veld.



Wie wil weten waar we zijn, moet maar proberen de wegwijzers te ontcijferen. En nee, die straatnaam heeft niets te maken met gehamsterd toiletpapier, want dat is in geen velden en wegen te zien!


En zeg nou zelf: wat ziet er nou romantischer uit dan een mooie vrouw in een veld met bloemen?


Aan de andere kant van het weggetje ligt een dijk, waarachter een natuurgebied ligt, Bovenlanden. Bovenop de dijk is een uitkijkpunt gemaakt met een zitje.


We genieten van het uitzicht en van de zon. Ik film de omgeving rondom en zie de ruimte hier.



We hangen hier een hele tijd rond. Marijke maakt nog even een selfie en betrapt mij op het maken van de zoveelste foto.


Als we vertrekken neem ik nog een foto van het bord over de afgesloten brug; ik vind 'm zo'n mooie naam hebben. We kijken nog even, en de brug is inderdaad geblokkeerd: omkeren dus. Thuis nog even opgezocht, want het lijkt al wel jaren geleden dat we voor het eerst met die afsluiting werden geconfronteerd. De brug is aan herstel toe, maar er wordt geen geld voor vrijgemaakt.

Het weidse landschap ontroert me elke keer dat ik er ben. De slaperdijken met hun smalle doorgangen en de sleuven voor de waterkering en de hokken voor de schotten, scheiden de polders. Tegenwoordig zie je er soms ook kleurige bollenvelden


We gaan in de richting van het door Ede Staal zo melancholiek bezongen Nij Stoatenziel, het sluizencomplex waar de Westerwoldse Aa uitmondt in de Dollard. Duitsland is vlakbij.
Het is ook al zo'n prachtige plek, waar de vogelliefhebber zijn hart kan ophalen, en waar je bij helder weer zicht hebt op het havengebied van Emden en van Delfzijl. Er kwam een grote vlucht vogels op de vleugels toen er twee of drie aanvallers boven kwamen vliegen.


We gaan zo dicht mogelijk langs de Dollard in de richting van Termunten. Dan komen we op de smalle polderweggetjes bij een bord, dat doorgaand verkeer niet mogelijk is wegens werkzaamheden. Dan besluiten we om koers te zetten naar huis, en onderweg uit te kijken naar een geschikte picknickplek.
We komen weer in de bewoonde wereld. Langs een plaats die dezelfde naam heeft als mijn geboorteplaats, maar daarvan zijn er alleen al in deze provincie drie. Verderop zien we ineens een grote picknickbank vlak langs een kanaal. Die blijkt op een soort aanlegsteiger te staan, en op voldoende afstand van de straat en de bebouwing om rustig te kunnen zitten.


Marijke pakt even flink uit met lekkere broodjes, chocomelk en vruchtensap. Het is een fijne plek, maar helaas is de wind inmiddels toegenomen en de temperatuur zakt ook, dus we eten de klaargemaakte broodjes verder op in de auto. We hebben toch even genoten van het idee.
Dan rijden we verder op weg naar huis. Als we weer in Drenthe zijn, vraag ik Marijke om verder te rijden, en terwijl we wisselen maak ik een foto van de pittoreske omgeving. Op de passagiersstoel kan ik tijdens het rijden ook foto's en video's maken van de thuisreis. Zoals een straat met bomen vol bloesem. En een weg-van-de-snelweg-weg met bomen!



Vraag je je af of we de corona-app nog nodig hebben? We hebben nu al goed in beeld waar we geweest zijn, wat onze route is geweest...


En wil je weten hoe mijn verjaardag was, en hoe ik me voelde toen we weer thuis waren? Zoiets dus:


25 januari 2020

200125 - ZOZ - Van Prikkebeen en Last Date

De hele week loop ik al met een lied in m'n hoofd dat is opgenomen in 1967 en uitgebracht in 1968, en waarvan ik maar een klein stukje intro hoef te horen, om het lang te laten beklijven. Zogezegd, een oorwurm dus: Prikkebeen, vanwege het refrein meestal aangeduid als Meester Prikkebeen.
De tekst is geschreven door de, vind ik, geniale tekstschrijver Lennaert Nijgh (en) - niet voor niets is een prijs voor de beste tekstdichter naar hem vernoemd, en hebben veel artiesten werk van hem opgenomen. De muziek is geschreven door Boudewijn de Groot (en), die het zingt in duet met Elly Nieman, vooral bekend als helft van het duo Elly en Rikkert.

Boudewijn de Groot en Elly Nieman - Meester Prikkebeen:


Om met Monty Python (nl) te spreken: "And now for something completely different: ik heb besloten om, in elk geval voorlopig, te stoppen met mijn vaste wekelijkse routine om mee te doen aan Zwijmelen Op Zaterdag. Het was een mooie tijd en een mooie stok achter de deur, maar ik wil wat meer ruimte maken voor andere zaken; niet persé over muziek, en niet persé blogsgewijs.

Als passend eindschot kies ik Last Date, oorspronkelijk van Floyd Cramer (nl). Ik had eerder al eens een paar versies geplaatst: 150711- ZOZ139 – Van piano's, dates en klavecimbels.
Ik vond een vocale versie door Dave Berry (nl), hier te lande vooral bekend van zijn opvallende nr.1 hit uit 1965, en tot 2016 in de Top 2000, This Strange Effect (nl): Dave Berry - This strange effect.

Dave Berry - My Last Date (with lyrics; 1964):


En nu de versie van de Zweedse gitaargroep The Spotnicks (nl), maar dan gespeeld door iemand die ik meermalen heb laten horen, Eugene Mago.
Eugene is min of meer een collega van me: hij heeft zijn werkzame jaren doorgebracht als programmeur - dat was voor mij een latere toevoeging aan mijn werk. Maar hij speelt gitaar (een enorm repertoire!), en ik niet…

Eugene Mago - Last Date (The Spotnicks):


Wat ik bijzonder grappig vind: toen ik dit blog klaar had, vroeg ik me af wanneer ik ook alweer begonnen was mee te doen met Zwijmelen op Zaterdag. Toen ontdekte ik, dat ik als eerste bijdrage óók een song in de versie van The Spotnicks, óók gespeeld door Eugene Mago, geplaatst had. Dat was mijn blog van zaterdag 10 mei 2014: ZOZ: Zwijmelen Op Zaterdag - Joey's Song, gekozen, omdat ik een kleinzoon heb die Joey heet.



Wie mee wil doen met (of luisteren/kijken/lezen bij andere deelnemers) ZOZ: Zwijmelen op Zaterdag, vindt de links bij Melody.
Afleveringen t/m ZOZ347 vind je bij Trees, en de afleveringen t/m ZOZ260 vind je bij de oorspronkelijke initiatiefneemster Marja.


15 januari 2020

200115 - Niklas - Rood en Oranje

Zappend zag ik gisteren (14-1-'20) ineens Erik Dijkstra door het beeld rijden op zijn Zündapp, met een wapperende rode vlag op de achtersteven.
Het bleek de aflevering "Rood en Oranje" uit de documentaire-serie "De Strijd", herhaling van 17-6-'16, mede gepresenteerd door Gerdi Verbeet.
Uit de aankondiging: De verhouding tussen het socialisme en de monarchie was altijd gespannen. Socialisten waren overtuigd republikeins en zagen het koningshuis als vertegenwoordiger van het kapitalisme. Maar gedurende de 20e eeuw gingen de scherpe kantjes eraf. Sterker nog: het waren 'rode' premiers - Drees, Den Uyl, Kok - die de monarchie in benauwde tijden te hulp schoten.

Er plopte een citaat tevoorschijn uit mijn geheugen: Juist uit de erfelijkheid van de koningsfunctie blijkt de volstrekte onbelangrijkheid: het doet er niet toe wie koning is, laten we dus afspreken het oudste kind van de vorige koning te nemen.
Koning-zijn is de enige maatschappelijke functie waarvan grondwettelijk vaststaat dat iedereen, zelfs de domste mens, haar op zich kan nemen.

Auteur: dr. Hugo Brandt Corstius. Iemand die je kunt waarderen om de scherpzinnigheid van zijn observaties, gepubliceerd in vele columns en boeken, ook als je het niet met hem eens bent.


Nu zit ik met een dilemma: ben ik een Repunarchistische of een Monablikeinsche kaaskop?

04 januari 2020

200104 - ZOZ - Van generaties en Mohicanen

Deze week overleed een tante van me. Niet zómaar een tante: ze werd grappend wel eens de wandelende familie-almanak genoemd, omdat ze zo ontzettend veel wist over het wel en wee van de hele familie, door de jaren heen. Over de hele familie, haar eigen generatie, de vorige en de volgende generaties.
Ze heette Maria, in de dagelijkse omgang tante Riet.

Mijn neef schreef: Gistermiddag heeft mijn moeder (96) haar levensadem teruggegeven aan haar Schepper.

In de Tweede Wereldoorlog werkte ze op een distrubutiekantoor, waar voedselbonnen werden uitgegeven. Haar latere man Siep, broer van mijn moeder, werkte op het Gemeentehuis bij de afdeling Bevolking. Door het "niet nauwkeurig" registreren van overledenen, zorgde hij dat mensen gevrijwaard werden van Arbeitseinsatz in Duitsland, en kregen verzetsmensen, geallieerde piloten en Joden vervalste persoonsbewijzen. Tante Riet zorgde dat het verzet voedselbonnen kreeg.

Mijn opa en oma, haar schoonouders, kregen 11 kinderen, waarvan de jongste levenloos geboren werd. Daar werd nooit over gepraat destijds. Gezamenlijk voegden die kinderen 42 kleinkinderen toe aan de familie, waarvan we ook al een aantal moeten missen.

Ik ben niet de oudste van de kleinkinderen, maar van dit nageslacht ben ik de enige die opa en oma in hun dagelijkse (gepensioneerde) doen en laten heeft meegemaakt. Mijn moeder en ik woonden bij hen in gedurende mijn kinderjaren.
Dat betekent ook, dat ik in het centrum van de familie woonde. Bij hoogtijdagen, zoals de verjaardagen van opa en oma of andere heugelijke gebeurtenissen, kwam de familie naar ons toe, en, als enig kind in huis, had ik dan ineens speelkameraadjes die familie waren: neven en nichten.

Tante Riet was voor mij de laatste van de vorige generatie: zowel aan vaders als aan moeders kant is er niemand meer.
Ruim een week geleden kregen we bericht dat ze naar het ziekenhuis was gebracht, donderdag is ze overleden.
Ik kies voor muziek die, qua titel, aansluit bij dat korte ziekbed, bekend geworden van Robert Long en Unit Gloria.

Robert Long ( Unit Gloria ) - The Last Seven Days:


Bij het overlijden van zo'n markante vrouw, als laatste van een generatie, denk je al gauw aan het cliché, ontleend aan een boektitel: De laatste de Mohikanen (nl).

Naar aanleiding van dat boek zijn er veel fims (nl) gemaakt, de meest recente in 1992 (nl).
Bij een film hoort een soundtrack, en thema's daarvan zijn veelvuldig gecoverd. Ik kies daar één van in een versie die mij aanspreekt en sfeervol vind. Ik heb geen idee of tante Riet deze muziek zou kunnen waarderen, of afschuwelijk vond. Meestal valt de waardering voor dit instrument tussen deze twee uitersten.
De muziek, The Gael, is geschreven door de Schotse musicus Dougie McLean, die ik een paar keer in eerdere blogs heb geplaatst.

We zien hier een dappere vrouw, die de vooroordelen heeft moeten trotseren dat dit instrument niet goed door vrouwen bespeeld kan worden. Dat kunnen we hier lezen. Intussen is ze lerares op dit instrument. Ze heet Tress Maksimuk en noemt zich Dark Isle Piper. Ofschoon ze blijkbaar in California woont, is deze video op locatie gefilmd in het noorden van het Schotse Isle of Skye (nl).

Ik heb deze video ook gekozen omdat ik de beelden zo passend vind bij dit vaarwel.

Dark Isle Piper: The Gael ( Last of the Mohicans Theme):




Wie mee wil doen met (of luisteren/kijken/lezen bij andere deelnemers) ZOZ: Zwijmelen op Zaterdag, vindt de links bij Melody.
Afleveringen t/m ZOZ347 vind je bij Trees, en de afleveringen t/m ZOZ260 vind je bij de oorspronkelijke initiatiefneemster Marja.


21 december 2019

191221 - ZOZ - Van vrede op aarde enzo

De dagen zijn weer aangebroken dat we massaal aan het zingen slaan over vrede op aarde, welbehagen, stille nachten en een kribbig kindeke dat in de kou ligt, wenende en krijtende van rouw. Dat doen we bij voorkeur genietend van een keur aan exquise etenswaren, bij een versierde boom, temidden van onze geliefden.
Begrijp mij goed, ik heb daar geen bezwaar tegen, en laat mijn aanbeveling om je tegoed te doen aan een welverzorgde maaltijd vergezeld gaan van een onlangs in de plaatselijke dierentuin opgenomen voorbeeld.

Smakelijk eten! En gezond!:


Uiteraard hoort er muziek bij, en aangezien muzieksmaken nogal kunnen verschillen, vermijd ik de klassieke componisten: dat krijgt elders aandacht genoeg. En zonder al te clichématige keuzes.
Ik begin met een ingetogen Bryan Adams (nl).

Bryan Adams - Christmas Time:


Ach, en deze, van Queen (nl), met de tekst in beeld, is nog niet helemaal grijsgedraaid toch?

Queen - Thank God It's Christmas (Official Lyric Video):


Dat "Stille Nacht" ook mooi, ingetogen gezongen kan worden door een Powermetal band wordt gedemonstreerd door Manowar (nl). Gewoonlijk zijn hun teksten gebaseerd op fantasy en op Noorse en Grieks-Romeinse mythologie.

MANOWAR - Silent Night:


Een andere Heavy Metal band staat er om bekend dat ze nogal wat slapstick humor in hun video's stopten. Misschien heeft hun naam er ook wel iets mee te maken dat ze als onderwerp vaak kind-ouder conflicten kozen en kritiek op het onderwijssysteem: ze noemden zich: Twisted Sister (nl).
Ze brengen hier hun versie van een populaire Kerstklassieker.

Twisted Sister - Oh Come All Ye Faithful:


Van heel andere orde is de volgende video. Twee musici van de Amerikaanse Marine (Senior Chief Petty Officer Keith Arneson, banjo, en Petty Officer 1st Class Joe Friedman, guitar), mixen de instrumentale klassieker Dueling Banjos met de kerstklassieker Jingle Bells (nl).

United States Navy Band - Dueling Jingle Bells:


Een bijzondere band is TSO, voluit Trans Siberian Orchestra (nl). Zonder ooit in een club te hebben gestaan of als voorprogramma gediend te hebben, speelden ze meteen in theaters en stadions. Ze werken met een complete strijkerssectie en een koor.
Ook zij spelen de klassieker O Come All Ye Faitful (oorsponkelijk Adeste Fidelis; ik heb het als kind geleerd als Komt Allen Tezamen), gemixt met O Holy Night. Dat is hier beter bekend als O Heil'ge Nacht, maar dat was oorpronkelijk Minuit Chrétiens. Spectaculair optreden toch?

Trans-Siberian Orchestra- O Come All Ye Faithful/O Holy Night:


Eigenlijk klinkt de hele adventtijd al een song in m'n hoofd die altijd terugkomt: Happy Xmas (War Is Over) - John & Yoko + Plastic Ono Band + Harlem Community Choir, maar die kent bijna iedereen wel, denk ik.

Daarom iets heel anders als afsluiter. Ik denk: een goede voorbereiding voor een reuze gezellig familiefeest, gepresenteerd door de Amerikaanse Celtic punk band Dropkick Murphys (nl)!

Dropkick Murphys - The Season's Upon Us:




Wie mee wil doen met (of luisteren/kijken/lezen bij andere deelnemers) ZOZ: Zwijmelen op Zaterdag, vindt de links bij Melody.
Afleveringen t/m ZOZ347 vind je bij Trees, en de afleveringen t/m ZOZ260 vind je bij de oorspronkelijke initiatiefneemster Marja.