Ik lees alweer een tijdje in het boek Brandnetels & Verkeersborden van A.L. Snijders. Dat is een bundel Zeer Korte Verhalen ofwel ZKV's. Via een ZKV waarin hij een van zijn lezers of toehoorders corrigeert, maakt hij duidelijk dat hij niet de uitvinder is van het genre Zeer Korte Verhalen, maar wel van de afkorting ZKV. Mijns inziens een zeer terechte afkorting, want waarom zo'n lange naam voor een genre waar Zeer Kort zo'n belangrijk kenmerk is?
Ik lees telkens 10 bladzijden. Dat wil zeggen, vanaf dat ik op bladzijde 24 was. Zo telkens verder tot ik op een bladzij ben met 4 als laatste cijfer. Als dat verhaal nog doorgaat op de volgende bladzij, dan lees ik die ook. Het is nog niet voorgekomen dat ik het verhaal dan nog niet uit had.
Het langste verhaal is 3 bladzijden plus een vervolg van 1 bladzijde. Het enige dat meer beslaat dan twee pagina's. Maar dat is niet geschreven door A.L. Snijders zelf.
Hij introduceert het als volgt: 'Een tijdje geleden ben ik geïnterviewd voor het optimistische, zingevende blad Happinez. Thema Geloof, hoop, liefde. Gisteren hoorde ik dat het interview is geweigerd vanwege mijn ironie. Een goede reden. Beter dan belediging, ongeduld, afgunst, jaloezie."
Dan volgt de tekst van het interview. Ik vind het getuigen van een wijze, lankmoedige levensopvatting. Met beide benen stevig op de aarde.
Dat ik dit boek lees komt doordat ik het aangeschaft heb teneinde in het bezit te komen van het boekenweekgeschenk annex plaatsbewijs voor de trein op zondag 18 maart 2012.
Mijn keus voor dit boek werd bepaald door een recensie in het Dagblad van het Noorden, die kort voordien verscheen, geschreven door een journalist die mij wel eens geïnterviewd heeft. Die recensie las ik aandachtig, omdat me direct duidelijk was dat het ging om een boek van A.L. Snijders, die voor de burgerlijke stand anders heet, maar dat doet hier niet terzake.
A.L. Snijders geniet mijn sympathie, omdat 1) ik een tijdlang zijn columns in een, inmiddels opgeheven, regionale krant heb gelezen en gewaardeerd, 2) omdat ik ooit tijdens een schrijfdag een workshop Columns schrijven bij hem heb gevolgd, en 3) omdat ik zijn humor heb leren waarderen.
Dat laatste deelde ik met iemand die een aantal jaren een collega van A.L. Snijders was op een politie-opleiding. Die man is een tijdje lid geweest van dezelfde dichtersgroep als ik, waarvoor hij eens per 2 weken 's avonds van Appelscha naar Emmen kwam.
Ongetwijfeld zal A.L. Snijders in zijn herinnering geen spoor van mijn bestaan vinden, alleen al omdat hij geen reden heeft er naar te zoeken.
5 opmerkingen:
Jouw recensie is voor mij een aanbeveling om Snijders te gaan lezen.
Verder vind ik het woord 'zingevende' nogal grappig.
Ik las het als: zing even de...
Ik lees regelmatig stukjes van Snijders. Dat van die ironie herken ik er wel in ja.
Overigens herlees ik de laatste tijd de columns van Carmiggelt. Kent iemand hem nog? Het zijn in feite ook korte verhalen en uit een heel andere tijd. Maar ik lees ze graag.
@Selma: Die is wel grappig, ja. Ik heb ooit een lijst gehad met fout afgebroken woorden, zoals bommel- dingen en noor- dieren...
@Plato: Zeker ken in Carmiggelt nog! Ik heb nog wel ergens aan paar bundels met columns van hem. Af en toe lees ik er nog wel eens in.
Hee, ik had nog nooit van hem gehoord. Ik schrijf het even op. Je maakt mij wel nieuwsgierig.
Ik heb er wel van gehoord, maar nog nooit iets van gelezen.Zal er nu toch eens naar op zoek gaan.
Een reactie posten